De intensiteit van de christenvervolging neemt wereldwijd fors toe. Dat laat de Ranglijst Christenvervolging 2021 zien. Tussen 1 oktober 2019 en 30 september 2020 zijn 4.761 christenen vanwege hun geloof gedood. Negen van de tien (91 procent) van de omgebrachte christenen zijn in Afrika vermoord.
De nieuwe Ranglijst Christenvervolging van Open Doors toont de vijftig landen met de zwaarste christenvervolging. Dit jaar bevat de ranglijst uitsluitend landen met de score ‘’extreem’’ of ‘’zeer zwaar’’. Dit betreft 309 miljoen christenen. In 24 andere landen die de top-50 niet bereikten, lijden christenen in ‘’hoge mate’’ onder vervolging. In totaal gaan wereldwijd 340 miljoen christenen gebukt onder vervolging.
De eerste twaalf landen op de ranglijst scoren dit jaar voor het eerst allemaal ‘’extreem’’. Noord-Korea is al jaren koploper. Opvallende stijgers op de lijst zijn Nigeria, China en India. Wereldwijd krijgen christenen in 74 landen dit jaar – één meer dan vorig jaar- te maken met extreme, erg hoge of met een hoge mate van vervolging. Dit raakt ten minste 1 op de 8 christenen wereldwijd.
Corona katalysator
Corona blijkt een katalysator te zijn voor vaak verborgen vormen van onderdrukking die resulteren in discriminatie in woord en daad, zoals uitsluiting en haatzaaiende online communicatie.
“Corona blijkt een katalysator te zijn voor vaak verborgen vormen van onderdrukking die resulteren in discriminatie in woord en daad, zoals uitsluiting en haatzaaiende online communicatie.”
In India meldde 80 procent van de meer dan 100.000 christenen die hulp ontvingen van Open Doors-partners aan onderzoekers van de Ranglijst Christenvervolging dat ze werden overgeslagen bij voedseluitgiftepunten. Om ergens anders voedsel te krijgen, liepen sommigen vele kilometers en hielden hun christelijke identiteit geheim. Nog eens 15 procent kreeg voedselhulp, maar ondervond discriminatie bij het zoeken naar dagelijks werk: de overheid, landeigenaren of de industrie stelden nauwelijks banen beschikbaar.
Al voor de coronacrisis wees een overheidsenquête (2017-2018) uit dat de werkloosheid onder christenen groter is dan onder andere religieuze groeperingen – de weigering van voedselhulp zorgde er zo voor dat hele gemeenschappen berooid achterbleven. Dat was niet alleen het geval in India; ook in Myanmar, Nepal, Vietnam, Bangladesh, Pakistan, Centraal-Azië, Maleisië, Noord-Afrika, Jemen en Soedan werden christenen op het platteland buitengesloten van hulp.
“Degenen die een meerderheidsgeloof verlaten en christen worden, weten dat ze het risico lopen alle steun van hun partner, familie, stam of leefgemeenschap te verliezen.”
In het zuiden van de deelstaat Kaduna, Nigeria, zeiden families uit diverse dorpen dat ze slechts een zesde van het voedselpakket hadden ontvangen dat aan moslimgezinnen was toegewezen.
Degenen die een meerderheidsgeloof verlaten en christen worden, weten dat ze het risico lopen alle steun van hun partner, familie, stam of leefgemeenschap te verliezen. Ook lokale en nationale autoriteiten kunnen hulp intrekken. Als deze christenen inkomsten verliezen door Covid-19, kunnen ze niet terugvallen op de gebruikelijke netwerken om te overleven.
Bron Open Doors