“Ik zag in een beeld hoe Hagar, de moeder van de Arabieren, was weggestuurd in de woestijn.”
De politieke spanningen in Israël escaleerden deze week en van alle kanten komen nieuwsberichten die je van alles willen doen geloven. Maar hoe is het om als inwoner van Israël deze dingen van dichtbij mee te maken en hoe positioneer je als gelovige in het land je hart te midden van dit alles?
David van Ouwerkerk (25) uit Apeldoorn, getrouwd met Frederique (28) woont als messiaanse Jood met een groot deel van zijn familie sinds twaalf jaar in Israël en zij maken de gebeurtenissen van dichtbij mee.
Schuilkelder
“Mijn ouders en mijn vrouw en ik wonen in het dorpje Bat Chen waar het nog relatief rustig is vergeleken met andere plekken. De raket die het dichtst bij ons viel, viel op een kwartier afstand van het dorp. Ook in Netanya waar ons dorp vlakbij ligt, zijn de sirenes al eens afgegaan. Dat klinkt heftig, maar ik ben niet heel bang. Als je dit vergelijkt met andere plekken in het land waar duizenden raketten terecht kwamen, is het bij ons nog rustig. Ik woon hier ook al twaalf jaar, dan ben je wel wat ‘gewend’, merk ik.
“Ze hebben daar niet alleen te maken met raketten, maar ook met grondgevaar.”
Ik heb een zus (Levia, 29, profvoetbalster) die in Harish woont bij de Samaritaanse grens en een andere zus (Noah, 20) die als vertegenwoordigster van de IDF (het Israëlische leger) in Tel Aviv verblijft. Zij hebben allebei wel al meerdere keren naar een schuilkelder moeten vluchten de afgelopen week. Ook gaven ze mijn zus in Harish het advies om de deur van haar appartement altijd op slot te houden, omdat in die omgeving mensen probeerden huizen binnen te dringen. Ze hebben daar niet alleen te maken met raketten, maar ook met grondgevaar.” David en zijn familie houden in deze tijd nauw contact met elkaar. “Het is een intense tijd.”
Verzoening
Als de dreiging en het gevaar zo reëel zijn, kan het makkelijk zijn om je hart te verharden naar de vijandelijke kant. Maar juist in deze tijd heeft David een visie van genade en eenheid. “Mijn familie en ik werken samen met de Duitse organisatie Philippus Dienst die als doel hebben om verzoening te brengen tussen Joden en Arabieren. Als messiaanse Joden en Palestijnse christenen aanbidden we samen in het Joods en Arabisch en we houden outreaches op straat. Het is heel bijzonder, je merkt dat er heel veel zalving op is wanneer we als Joden en Palestijnen in eenheid aanbidden.”
Aanbidden in de woestijn
Dat hart van aanbidding is iets wat David ook persoonlijk sterk met zich meedraagt. Tweeënhalf jaar geleden raakte hij betrokken bij de oprichting van de aanbiddingsbeweging Kol Koreh BaMidbar (Hebreeuws voor: de stem die roept in de woestijn). “Ik had echt een hart voor aanbidding en muziek en in die tijd kwamen we in contact met een aanbiddingsgroep uit Beer Sheva. Een van hen vertelde dat ze een droom van God had gehad waarin ze een groep aanbidders in de woestijn zag. Daarboven zag ze een Israëlische vlag en daarop begon een licht te schijnen. Dat licht verspreidde zich vervolgens over heel Israël en daarna naar de andere landen in de wereld. Ze vond het een mooie droom, maar legde hem naast zich neer. Tot ze de volgende nacht dezelfde droom had en voelde dat God zei: “Dit is voor nu. Ben jij bereid hier deel van te zijn?” Zo vormde ze met anderen een aanbiddingsgroep in Beer Sheva.
“We trekken er ook op uit om samen te werken met kerken in verschillende steden.”
Toen ze met ons in contact kwamen, zijn we samen verder gegaan. Ons verlangen is een nieuwe generatie aanbidders opgericht te zien worden en door als Messiaanse Joden en Palestijnse christenen samen te aanbidden, de weg voor te bereiden voor de terugkomst van Jezus.” Dit doen ze door soms letterlijk dagen naar de woestijn te gaan en onophoudelijk samen te bidden en te aanbidden, in het Hebreeuws, Arabisch, Engels en Spaans. Dan vormen ze letterlijk die stem in de woestijn. Maar bij aanbidden in de woestijn alleen blijft het niet. “We trekken er ook op uit om samen te werken met kerken in verschillende steden.”
Compassie
Als Jood een liefde hebben voor en in eenheid aanbidden met Palestijnse, Arabische gelovigen klinkt niet vanzelfsprekend. “Dat kan alleen God bewerken”, bevestigt David. “In 2017 was ik in Duitsland te gast bij Philippus Dienst waar ze Joodse en Palestijnse gelovigen hadden uitgenodigd om als Joden, Arabieren en Duitsers samen outreach te doen in Duitsland. De laatste avond toen ik God aanbad met een ander Joods meisje en een groep Palestijnen, vroeg ik hen in het Arabisch te aanbidden. Terwijl ze dat deden, merkte ik ineens Gods passie voor de Arabieren. Ik zag in een beeld hoe Hagar, de moeder van de Arabieren, was weggestuurd in de woestijn. Ik ervoer Gods compassie en voelde de gebrokenheid van het Arabische volk. Op dat moment kreeg ik echt hart voor het uitreiken naar Palestijnen en Arabieren.”
Ook nu deze week de situatie in Israël is geëscaleerd, voelt David ondanks de intensiteit van de situatie geen haat, maar wil hij op één lijn zijn met Gods hart. “Ik wil vanuit genade kijken naar de mensen aan de andere kant van de muur. Ik wil Gods hart voor Palestijnen kennen. Mijn gebed is dat er een wapenstilstand komt en er geen burgers meer gewond raken of omkomen.”
Oogst
Na de uitbraak van COVID-19 waarin de economische situatie in Israël verslechterde en de politieke moeilijkheden rond de verkiezingen afgelopen jaar, merkt David dat het raketgeweld dat nu plaatsvindt, een soort “laatste druppel in de emmer is”. “Mensen zijn moe en wanhopig en meer dan ooit open voor het evangelie. Ik geloof dat deze tijd een tijd voor opwekking is in Israël, dat er een oogst zal komen.”
“In mijn plaatselijke gemeente hebben we de focus verplaatst van samenkomen in een gebouw op zaterdag naar samenkomen in kleinere huisgroepen.”
David merkt dat God ook de kerk aan het klaarmaken is om die oogst op te vangen. “In mijn plaatselijke gemeente hebben we de focus verplaatst van samenkomen in een gebouw op zaterdag naar samenkomen in kleinere huisgroepen. Zo heb je niet meer een grote groep mensen die alleen stil zit in de kerk tijdens een dienst, maar wordt iedereen uitgedaagd om uit te stappen in zijn gaven en talenten en actief te worden. Zo groeien mensen in discipelschap. We zien nu al dat het veel vrucht draagt. In andere plekken in Israël zien we op deze manier ook veel huisgemeentes opkomen. Het is echt een ‘discipleship movement’.”
Een gebedspunt dat David mensen mee zou willen geven om in deze tijd voor te bidden: “Dat zowel Messiaanse als Palestijnse gelovigen hun plek innemen en zij een licht zullen zijn. En dat de oogst binnengehaald zal worden, het is tijd.”