Ik weet niet hoe het met jou zit, maar ik krijg altijd de kriebels bij het woord “evangelisatie”. Ik word er opstandig van. Alsof het gaat om een bepaalde presenteertechniek om mensen te overtuigen Jezus aan te nemen. En mijn jeuk neemt al helemaal ernstige vormen aan als mensen ook nog denken dat dit evangelie gaat over “praten over Jezus”. Ik ben er echter achter gekomen dat het gaat om allesbehalve dat. De missie van Jezus in Jesaja 61:1-4 en Lukas 4:18-19 zegt iets heel anders. Hij is niet door de Heer gezalfd tot praatjesmaker, maar om concrete oplossingen te brengen voor mensen die gebukt gaan onder onrecht, gevangenschap, ziekte en ander lijden. Onder andere door genezing. Zijn missie is nu onze missie en daarom mogen we delen in Zijn zalving.
Tekst: Arjan Hulsbergen
Overal lijdende mensen
In mijn vorige columns heb ik verteld hoe mijn vrienden en ik door de Heer geroepen werden om een berggebied in het oosten van Nepal binnen te gaan. Als een soort part-time zendelingen die in- en uitvliegen om met raad en daad (gecombineerd met westerse scherpte en financiële slagkracht) te ondersteunen wat God door de lokale gelovigen heen doet. Door de jaren heen bleven we trouw aan dit gebied en aan onze hemelse marsorders om rond te gaan, goed te doen en te genezen. En dat was hard nodig ook. Nergens hebben we ooit zoveel lijdende mensen bij elkaar gezien! En overal waar we kwamen hadden ze één ding gemeen: ze keken reikhalzend uit naar een een vorm van verlossing uit hun zware situatie.
Ik geloof dat dit een van de belangrijkste redenen is dat de Heilige Geest naar de aarde is gezonden en dat ook wij -de kinderen van God- nog op aarde zijn: omzien naar de verdrukten en hun lasten opheffen of verlichten. Veel christenen denken dat het allemaal gaat over “naar de hemel gaan”, maar onze missie is duidelijk hier! In de hemel zitten ze helemaal niet op het evangelie te wachten. Dat is daar een altijd aanwezige realiteit. Nu de aarde nog!
Het “praatjes-christendom”
Ik kom nog steeds veel christenen tegen die denken dat ze altijd en overal over Jezus moeten praten. Maar met alleen praten over Jezus, bereik je meestal niets. Geloof me maar: een evangelie dat alleen maar uit woorden bestaat, wordt door de doorsnee persoon als wazig en zelfs aanstootgevend ervaren. En daar is God het volgens mij ook mee eens. Daarom heeft de Bijbel het steeds over “geen woorden maar daden”.
De Griekse variant van het woord “evangelie” betekent letterlijk “goed nieuws” en dat kan nooit alleen maar een verhaaltje zijn. Sterker nog: alleen maar praten over goed nieuws, ís helemaal geen goed nieuws. “Goed” is alleen maar “goed” als het ook echt problemen oplost. En “nieuws” betekent dat er iets “nieuws” gebeurt: dat een oude situatie wordt vervangen door een nieuwe. En zulk “nieuws” is alleen maar goed als het echt iets verandert in de moeilijke situatie waar mensen in zitten. Je weet wel: als hongerigen gevoed worden, naakten gekleed, eenzamen bezocht en … o ja … zieken een wonder of gewoon medische zorg ontvangen. We hebben deze harde les geleerd op het zendingsveld in Nepal. Praatjes kun je niet opeten. En soms moet je met de oplossing gewoon zelf zijn (of weggeven) in plaats van erom te bidden. Dat kan een liefdevolle of heldhaftige actie zijn, maar ook gewoon een zak met rijst of een stapel bankbiljetten. Een ding weet ik zeker: mensen lijden onnodig en kunnen zelfs sterven als we te veel blijven praten of te lang blijven bidden. Daarom moeten we ook materieel in actie willen komen. Jezus wist dit al lang. Daarom ging Hij rond om “goed te doen”. Dat was ook een onderdeel van de aardse missie, waarvoor Hij gezalfd was. Je leest het in Handelingen 10:38.
De “Boeddha” en de lijdende Nepalezen
Als we in Nepal één ding geleerd hebben, is het dat de wereld vol zit met kapotte en onderdrukte mensen. In iedere plaats zijn wel mensen te vinden die dringend hulp nodig hebben, omdat ze anders onnodig lijden of zullen sterven. Velen van hen liggen stil in een hoekje in hun donkere hutjes, wachtend op de verlossing uit hun lijden, die vaak alleen zal komen als ze (vaak veel te jong) overlijden. Geen wonder dat uitgerekend in dit land ooit het Boeddhisme ontstond; dat poogde een antwoord te geven op het overal aanwezige lijden.
Het begon allemaal rond 400 voor Christus met een Nepalese Hindoe-prins die later de eerste “Boeddha” zou worden. Prins Siddhartha Gautama verliet de veilige muren van zijn paleis in Lumbini (Nepal) om de echte wereld te ontdekken. Eenmaal buitengekomen, kwam hij tot de keiharde conclusie dat het leven voor gewone mensen één grote lijdensweg was, vol armoede, ziekte en gebroken harten. De prins wijdde zijn leven toe om aan het lijden een einde te maken. Hij zocht de oplossing -heel kort gezegd- in een leven van meditatie, waardoor onze menselijke verlangens (en dus de oorzaak van al het lijden) uitgeschakeld zou kunnen worden. Volgens de overleveringen heeft hem dit “verlichting” gebracht, waarna hij de “Boeddha” werd, de “Verlichte”. Helaas is het Nepalese volk (en de rest van de wereld waar het Boeddhisme kwam) nooit gestopt met lijden. Mediteren helpt misschien om het lijden te vergeten of draaglijker te maken, maar de oorzaak wegnemen doet het niet. Tot op de dag van vandaag zie je overal mensen leven of sterven in mensonterende omstandigheden.
Ziekte en occultisme
Bij gebrek aan christenen die Jezus vertegenwoordigen, zijn er in vrijwel elke plaats toverdokters te vinden. Mensen zoeken er bovennatuurlijke hulp van de goden. Je kunt tegen betaling van alles van ze krijgen: van toverdrankjes en talismannen tot offerrituelen aan de goden. Allemaal om de ziekte maar zo veel mogelijk buiten de deur te houden.
Het offeren aan goden blijft overigens niet zonder gevolgen. Het zijn doorgaans geen lieverdjes en hun “zegeningen” komen altijd met een prijs. Veel ziekten lijken overigens een direct gevolg te zijn van de occulte verbonden die er gesloten zijn. We weten dat omdat mensen er vaak meteen van genezen zodra ze van demonen bevrijd worden. Het gaat dan vaak over allerlei soorten zenuwpijn, maar ook over blindheid en doof-stomheid. Allemaal voorbeelden van demonische “overweldigingen” waar Handelingen 10:38 het over heeft. Overweldigingen dus die alleen maar gebroken kunnen worden door de “Zalving” van Jezus: de actieve autoriteit en kracht van de Heilige Geest.
God is niet bang voor occultisme; wij dus ook niet
Je zou misschien denken dat het evangelie maar moeilijk kan landen in een cultuur die zo diep doordrenkt is met occultisme. Waar op elke hoek van de straat tempels staan, waar allerlei bloedrituelen worden uitgevoerd, dag in dag uit geofferd wordt en intense contacten worden onderhouden met de geestenwereld. Toch is dit een van de plekken op aarde waar het christendom het hardst groeit. Dat komt omdat de liefde van God en de kracht van de Heilige Geest steeds weer extreem boven alles en iedereen uitspringt. Hij is onweerstaanbaar en Hij heeft Zijn hart op dit volk gelegd. Geloof me: deze mensen met al hun kennis van de geestenwereld, zijn spiritueel genoeg om die Ene te herkennen. En Hij reageert op hun diepe verlangen om te aanbidden.
Het blijkt dat de doorsnee toverdokter zich makkelijker bekeert dan een verstokte theoloog. Ik heb al vele malen meegemaakt dat tovenaars en occulte mediums voor mijn ogen overtuigd werden en hun religieuze status en dure toverspullen opgaven voor datgene dat met geld niet te koop is. Wees daarom niet bang voor mensen die occulte praktijken doen. De meeste van hen zijn aanbidders in hart en nieren die gewoon nog geen echte ontmoeting met Jezus hebben gehad. (En waarschijnlijk komt dat mede door christenen die te veel praten over Jezus, maar nooit een oplossing brengen.) Daarom zijn ze bezig met alternatieve krachtbronnen. Er is vaak maar één confrontatie nodig met Zijn liefde en kracht (in jou) om ze het Koninkrijk van God binnen te laten komen. Heb ze daarom lief, respecteer hun spiritualiteit en laat de Heilige Geest Zijn werk doen.
Een zieke toverdokter en zijn zieke broer
Laat me je een mooi voorbeeld vertellen dat we onlangs hebben meegemaakt met onze Nepalese partner en vriend Julu. Julu heeft ooit geleerd om Jezus te volgen door rond te gaan, goed te doen en te genezen. Voor dat doel heeft hij een transportbedrijfje opgezet en een medische cursus gevolgd. Gewoon om mobiel te zijn, de mensen in afgelegen gebieden te kunnen bezoeken en ze te helpen in hun grootste nood. Op een dag ontmoette hij een toverdokter en zijn broer. Beide waren ernstig ziek en hadden kanker in hun gezicht gekregen. De ene broer kreeg tumoren in zijn mond, waardoor zijn tong in tweeën spleet, alsof het de tong van een slang was. De andere broer (de toverdokter) verloor zijn neus aan de kanker. En het zou allemaal nog veel erger worden, want medische hulp was voor deze arme mannen en hun familie niet beschikbaar.
Julu hoorde van deze broers en besloot ze regelmatig te bezoeken en hun wonden te gaan verzorgen. Zo kreeg hij het vertrouwen en toegang tot deze gesloten, occulte familie. Niet lang daarna mocht hij ook voor hen bidden. En wat niemand verwachtte (behalve Julu natuurlijk), gebeurde echt: bij allebei de broers werd de kanker gestopt. De gespleten tong van de ene broer herstelde wonderbaarlijk binnen 3 dagen; alsof er nooit een tumor of slangentong was geweest. Diep onder de indruk kwam de hele familie tot geloof in Jezus. Iedereen, behalve zijn broer, de toverdokter. Die vond het kennelijk toch te moeilijk om zijn occulte verbonden en bovennatuurlijke gaven op te geven. Helaas voor hem werd hij getroffen door een andere ziekte. Hij kreeg een longinfectie en verloor langzaam maar zeker zijn levenskracht.
We bezochten de toverdokter op zijn sterfbed, waar hij spontaan aangaf alsnog Jezus aan te willen nemen. Met zijn laatste energie bad hij een gebed van overgave en sloot af met de woorden “Jesu Christ mero Prabhu hunuhunchha.” (“Jezus Christus is mijn Heer.”) Vlak voor onze ogen sperde hij zijn mond wijd open, terwijl boze geesten zijn lichaam verlieten. De Heilige Geest raakte Hem opnieuw aan, terwijl zijn lichaam nieuwe kracht kreeg. Die middag kwam zijn energie terug alsof hij nooit op sterven had gelegen. Een antibioticakuurtje voor de zekerheid deed vermoedelijk de rest. Binnen paar dagen was hij weer zo fit als een hoentje. Wonderlijk maar waar!
Waarom moet het “altijd” over genezing gaan?
Ik kan me voorstellen dat je dit als Nederlander leest en denkt: “Waarom moet het evangelie van die mensen altijd maar weer over genezing gaan? Hebben ze niets anders te melden?” Weet dan dat God genezing niet voor niets heeft uitgekozen als een van de visitekaartjes van Zijn Koninkrijk.
In ons goed georganiseerde Nederland hebben we het vaak niet door, maar de meerderheid van de wereld heeft geen goede toegang tot medische zorg. Net als de rest van de minderbedeelde volken op aarde, gaan ook de Nepalezen gebukt onder grote gezondheidsproblemen. Veel besmettelijke ziekten die in het westen al lang onder controle zijn, terroriseren daar nog steeds hele gebieden. Bovendien leven velen onder slechte omstandigheden. Schoon drinkwater is moeilijk te krijgen en op veel plaatsen is ernstige luchtvervuiling. En iedereen die arm is weet: “als ik naar het ziekenhuis moet, heb ik een groot probleem.” Bovendien is in veel gebieden helemaal geen ziekenhuis of dokterspost aanwezig.
Geen wonder dat de meeste Nepalezen bang zijn om ziek te worden (en vroeg te sterven). Velen van hen zijn dan ook de hele dag bezig met hun gezondheid. Bij bijna alles wat ze eten of drinken hoor je ze zeggen als: “Dit is goed voor je maag. Dit werkt goed tegen darmproblemen. Dit beschermt tegen allerlei soorten kanker.”
En als je dan toch ziek wordt, kan het leven dat je kende zo maar afgelopen zijn. En niet alleen dat van jou, maar ook dat van je familie. De gemiddelde Nepalees kan een ziekenhuisopname helemaal niet betalen. We komen steeds weer families tegen die daardoor al hun bezit zijn kwijtgeraakt: hun land, hun huis en bronnen van inkomsten.
Voor wie arm is en ernstig ziek wordt zijn er dus maar drie mogelijkheden:
- Je doet niets en wacht tot je lichaam ermee stopt.
- Je laat je opnemen in het ziekenhuis en raakt door de hoge kosten je huis en je land kwijt. Daardoor loop je de kans alsnog dood te gaan.
- Er gebeurt een wonder.
Jezus maakte dit ook mee toen Hij op aarde rondliep. In Markus 5:26 en Lukas 8: 43 ontmoette Hij een ernstig zieke vrouw die al haar geld aan dokters had uitgegeven. Jezus bracht genezing in één moment en loste haar probleem op. Genezing is een deel van het “goede nieuws” dat Jezus komt brengen.
Medische zorg en goddelijke genezing: goed nieuws in actie
Hopelijk begrijp je nu waarom Jezus ons oproept (en in staat stelt) om de zieken te genezen en demonen uit te drijven. Voor velen (en met name de armen) biedt dat een oplossing voor hun grootste problemen en angsten. Zo wordt de missie en zalving van Jezus uit Lukas 4:18-19 heel concreet:
“De Geest van de Heere rust op mij, omdat Hij Mij gezalfd heeft om aan armen het evangelie te verkondigen.”
Wij hebben deze missie tot de onze gemaakt.
Het werkt echt!
We hebben in de jaren vele mensen tot Jezus zien komen. Soms ging dat zelfs met hele families tegelijk. De occulte macht van toverdokters werd gebroken en hele dorpen veranderden. Op plaatsen waar depressie, uitzichtloosheid en verslaving heersten, zijn nu bloeiende gemeenschappen ontstaan, waar mensen voor elkaar zorgen en waar de vrede en liefde van God heerst. Het is echt waar! Rondgaan, goed doen en genezen werkt echt!
Medische zorg is hard nodig
Helaas zien we dat bidden alleen niet altijd de doorbraak geeft waar we op hopen. Daar kunnen allerlei oorzaken voor zijn, waar ik hier niet op in ga. Voor nu is echter een feit dat we geconfronteerd worden met levensbedreigende medische situaties, waar mensen echt sterven als er niet wordt ingegrepen. We bidden echt voor alle zieken die we bezoeken en er genezen best veel mensen, maar het komt ook vaak voor dat we moeten zorgen dat iemand snel medische hulp krijgt. We kunnen je veel verhalen vertellen van mensen die we net op tijd hebben kunnen helpen, omdat ze anders zouden zijn gestorven of ledenmaten hadden moeten missen. Zolang nog niet iedereen geneest die we de handen opleggen, zullen we artsen nodig blijven hebben. En omdat lang niet iedereen zich medische zorg kan veroorloven, zullen we vast nog vaak de portemonnee moeten trekken. We doen het echter graag. Er is bijna geen groter feest dan te zien hoe iemand die ten dode opgeschreven was weer herstelt en zijn of haar leven terugkrijgt.
Wil je helpen?
Ook tijdens ons laatste bezoek hebben we genezing mogen brengen. Blinde ogen gingen weer zien en dove oren plopten open onder onze handen, maar we mocht ook diverse mensen helpen met financiële ondersteuning. Levensreddende hulp die voor hen het verschil kon maken.
We mochten een bijdrage doen voor een specialistische behandeling. Eliya, een jonge discipel van Jezus, vocht voor zijn leven wegens een hersenvliesontsteking. We bezochten hem op de intensive care en baden voor hem. Daarna lieten we geld achter voor zijn behandeling. Een paar weken later mocht hij het ziekenhuis verlaten. Sunita, een jonge vrouw die opgroeide in het weeshuis dat we ondersteunen, verloor allebei haar nieren. Ze kon haar leven alleen terugkrijgen via een donortransplantatie. Een actie onder onze vrienden bracht genoeg geld op om haar nu ook echt te helpen. Zo hebben we nog veel meer mensen kunnen helpen.
Ik ben verbijsterd hoe makkelijk het is om mensenlevens te redden, als je maar bereid bent een klein beetje pijn te lijden in je portemonnee. Wil je ons helpen om kansloze mensen aan een medische behandeling te helpen? Ga dan naar www.vriendenmetrijst.nl en maak een gift over onder vermelding van “bijdrage medische zorg Nepal”. Onze Nepalese vrienden en wij zorgen dat het bedrag voor 100% terechtkomt bij wie het echt nodig hebben.
Arjan Hulsbergen is auteur en spreker, business-advocaat en trainer/consultant. Samen met Richard Zijlstra schreef hij “EXTREEM NORMAAL, Handboek voor Helden” en nog veel meer. Bedoeld voor iedereen die de impact van Jezus wil ervaren in het leven van alledag. www.extreemnormaal.nl. Met hun Stichting “Vrienden met Rijst” helpen ze gelovigen in Nepal om dezelfde dingen te doen die Jezus deed. www.vriendenmetrijst.nl.