Als je nu terugkijkt op de Pinksterdagen, ben je dan vervuld geworden door een uitstorting van de Heilige Geest op je? Is het al “Pinksteren” geworden in jouw leven? Heb je de belofte van de Vader al ontvangen? Ben je al gedoopt in de Heilige Geest door Jezus? Ben je al aangedaan met de kracht van omhoog om te getuigen van Jezus? Heb je dat vuur van de Heilige Geest al ontvangen? Dat vuur dat reinigt en loutert? Dat vuur dat Jezus verlicht? Dat vuur dat je een passie geeft voor het verlorene, voor de treurende, voor het gebrokene, voor de gebondene, voor de gevangene en voor het zieke om je heen?
Johannes de Doper profeteerde al dat Jezus zou gaan dopen in de Heilige Geest en met vuur. Jezus herhaalt deze profetie vlak voordat Hij opvaart naar Zijn Vader: “Want Johannes doopte wel met water, maar u zult gedoopt worden in de Heilige Geest“. De discipelen moesten wachten met het uitvoeren van de grote opdracht. Jezus had gezegd: “Ga… maar wacht!” Hij wilde hen de kracht van de Geest geven om te getuigen zoals Hij dat wilde. Jezus stortte de Geest van Zijn Vader uit op de 120 gelovigen in de bovenzaal en zoals Petrus zei: “… op alle mensen!” De bediening van het Nieuwe Verbond begon daarmee. De bediening van de Geest en niet meer van de letter, zo zegt Paulus.
“Ik weet nog dat ik als kind dat meemaakte in de kerk: dan werd het plotseling doodstil, niemand bewoog meer, geen gesnoep meer en de zakdoeken kwamen uit de tasjes.”
Nu is de vraag voor ons, als wedergeboren gelovigen, of wij al gedoopt zijn in de Heilige Geest? Hebben wij die bekleding met kracht van Boven al ontvangen? Merken wij dat als wij van Jezus getuigen? Raken jongeren en ouderen dan “onder het beslag van de Geest”, zoals men dat vroeger noemde. Ik weet nog dat ik als kind dat meemaakte in de kerk: dan werd het plotseling doodstil, niemand bewoog meer, geen gesnoep meer en de zakdoeken kwamen uit de tasjes. De Geest ging dan tussen de rijen door. Wij weten dat alleen de Geest, geest voortbrengt. Al het andere zonder Hem is “vlees” en dat brengt de dood voort in ons leven. Het is immers noch door kracht van onze woorden, noch door geweld van kerkelijke activiteiten maar alleen door de Geest zal het geschieden, zegt de Heere van de hemelse legermachten!
Veldhospitaal
Ducan Cambell, evangelist tijdens de grote opwekking op de Hebriden rond 1950, werd zwaar verwond op het slagveld van de Eerste Wereldoorlog. Toen hij achterop een paard werd afgevoerd, was hij in grote moeilijkheden met zijn ziel… hij had geen vrucht voortgebracht. Hij herinnerde zich het lied dat zij vaak thuis op de boerderij zongen: ‘Must I empty-handed go?’ En… hij ervaarde zijn onheiligheid. Plotseling bad hij: ‘Make me as holy as a saved sinner can be.’ Direct daarop stortte Jezus Zijn Geest op hem uit, daar en toen. Toen hij daarna behandeld werd in het veldhospitaal, begon een verpleegster plotseling te zingen: ‘There is a fontain filled with blood.’ Duncan antwoordde met het zingen van Psalm 103: “Loof de Heere O mijn ziel!, en al wat binnenin mij is, Zijn heilige Naam. Loof de Heere mijn ziel en vergeet geen van Zijn weldaden.”
Ineens vroegen andere soldaten of hij Engels wilde spreken. Duncan en de verpleegster hadden namelijk in een Schots dialect gezongen. Die soldaten, Canadezen, spraken dat dialect niet en zochten Jezus! God was neergedaald in dat veldhospitaal, waar veel bloed vloeide. Zeven soldaten kwamen die dag tot Jezus, omarmden de bloedgerechtigdheid van Christus Jezus en werden uit genade zalig door dat te geloven.
Bekrachtiging
Weten wij als kerken, als gelovigen nog wel af van de bekrachtiging van omhoog nadat wij van Boven geboren zijn? Gebeurt er nog wat in ons leven en/of in onze gemeenten? Komen er nog mensen tot geloof in Jezus? Of produceren wij alleen maar dode werken die vijandschap zijn tegen God? Gaat de Geest nog door de rijen en worden wij nog diep van binnen aangeraakt? Verlangen wij naar meer van de Geest Die meer van Jezus zal openbaren? Waar zijn de vruchten zoals men in Handelingen ziet dat er dagelijks werden toegevoegd tot de gemeenten? Gemeenten die zich na verloop van tijd zelfs gingen “vermenigvuldigen”?
“Komen er nog mensen tot geloof in Jezus? Of produceren wij alleen maar dode werken die vijandschap zijn tegen God?”
Wordt het niet hoog tijd dat die Geest blaast in de dorre doodsbeenderen van ons bestaan en in die dode werken die wij voortbrengen als de gemeente van Jezus Christus? Zijn wij nog steeds een gemeente “van de letter” of reeds “van de Geest” waarvan Jezus zegt dat alleen Die levend maakt? Moeten wij ons braakland, die dode grond van ons geestelijk bestaan, niet diep laten doorploegen door Gods Geest? Om recht en gerechtigheid weer te laten stromen als een bruisende rivier? Moeten wij al die opgerichte eigen gerechtigheden, die eigenwillige en tegenwerkende godsdienst niet laten afbreken door de Geest?
Als wij de Geest van de waarheid niet de ruimte geven in ons leven en doen wat Hij ons opdraagt, dan zijn wij verloren als kerkelijke gemeente. Geen Geest, geen leven! Geen Geest, geen vrucht! Geen Geest, geen oogst!
Cees van Beek, Evangelist Genemuiden en omstreken.