We kennen allemaal Psalm 23. De geruststellende boodschap ervan is zelfs onder niet-gelovigen bekend. Deze beroemde psalm is geschreven door koning David, en de beroemdste passage staat in het openingsvers: ‘De Heer is mijn herder; mij ontbreekt niets.’
Door: David Wilkerson (1931-2011)
Het Hebreeuwse woord dat David in dit vers voor ‘ontbreekt’ gebruikt, duidt op tekort. David zegt, met andere woorden: “Ik zal niets tekort hebben.” Wanneer we deze betekenis combineren met het eerste deel van het vers, zegt David: ‘De Heer leidt, leidt en voedt mij. Daardoor kom ik niets tekort.’
In dit korte vers geeft David ons nog een andere weerspiegeling van het karakter en de natuur van de Heer. De letterlijke Hebreeuwse vertaling van het eerste deel van dit vers is Jehova Rohi. Het betekent ‘de Heer, mijn herder’.
Jehovah Rohi
Jehovah Rohi is geen goedaardige, passieve figuur. Hij is geen huurling die weinig meer doet dan voedsel en begeleiding geven. Hij wijst ons niet alleen naar de grazige weiden en plassen water en zegt: “Daar is wat je nodig hebt. Ga het maar halen.”
Evenmin sluit Hij een oogje voor onze behoeften. Hij rent niet de andere kant op als Hij ons om hulp hoort roepen en ons in moeilijkheden ziet. Nee, Hij kent elke pijn die we doorstaan, elke traan die we vergieten, elke pijn die we voelen. Hij weet wanneer we te moe zijn om nog een stap te zetten. Hij weet hoeveel we aankunnen.
Genezing en herstel
Bovenal weet hij ons te redden en ons naar een plaats van genezing te brengen. Keer op keer laat Hij ons neerliggen voor een tijd van genezing en herstel. De Heer, onze Herder, moedigt ons aan om Hem te volgen in Zijn rust. De Heer zegt in Exodus 29:45: ‘Ik zal dan te midden van de Israëlieten wonen, en Ik zal hun tot een God zijn.’
Permanente aanwezigheid
Het woord ‘wonen’ betekent hier ‘verblijven, of ernaast zitten. Dit woord betekent niet alleen een voorbijgaande aanwezigheid, maar een permanente aanwezigheid die nooit weggaat. Het is iets wat God permanent in onze ziel plaatst; Zijn zeer nabije en eeuwige aanwezigheid.
Het beeld hier is glorieus; onze Herder biedt aan om midden in onze pijn en depressieve toestand naar ons toe te komen en aan onze zijde te zitten. Zijn krachtige en beschermende aanwezigheid blijft bij ons en gaat naast ons liggen. Dit vertrouwen kunnen we hebben: dat onze Herder bij ons is.
Lees hier het originele artikel.