Voorganger Stanley Hofwijks van Maranatha Ministries in Amsterdam zag in de afgelopen decennia drie keer een geestelijk herleving in Amsterdam. Hij vertelt dat dat erg sterk was: “We konden het als kerk niet meer aan. Er waren zoveel mensen, dat ik de Heiland vroeg om de stroom aan mensen te stoppen”, zegt hij. In dit interview vertelt hij hierover en legt Hofwijks uit waarom hij ook hoopvol is voor deze tijd.
Hofwijks is al 46 jaar actief in Amsterdam en daarvoor was hij ook in Suriname in de bediening, als jongerenleider en evangelist. Hij stichtte daar vier gemeentes op plekken waar het evangelie nog niet verkondigd was. “Ik mocht ook de voorganger af en toe vervangen.”
Echter kreeg hij een verloofde die in Nederland woonde, dus toen is hij op zijn zesentwintigste naar Nederland gekomen. “Het was speciaal voor haar dat ik hierheen kwam, het kwam niet voort uit een groot verlangen. Toch had God ook hier een roeping voor mij, binnen negen maanden werd ik voorganger van een kleine groep mensen.”
“Het was een mooie tijd waarbij ik als kleurling samenwerkte met veel blanke broeders en zusters.”
“Het was een mooie tijd waarbij ik als kleurling samenwerkte met veel blanke broeders en zusters. Er was een verlangen naar het woord en naar de samenkomsten. Toen leerde ik dat als je verlangt naar het zuivere evangelie, dat je altijd hongerig bent. Dat zie ik vandaag ook nog.”
Wonderlijk
De kerk begon met zo’n twintig tot dertig mensen en het groeide niet explosief. Maar na een paar jaar, merkte Hofwijks hoe de Heere met hen was, vertelt hij. “We zagen een gestage groei. Ik kan het niet beschrijven, maar we baden en vastten en we zagen plotseling mensen overal vandaan komen. Heel verwonderlijk! Ik heb de hand van de Heere daarin gezien.”
“We stapten over naar een ruimere zaal, maar die kwam ook helemaal vol te zitten. Toen baden we voor een eigen gebouw. We hadden weinig geld dus we moesten echt geloven dat de Heiland zou voorzien. Dat heeft Hij wonderlijk gedaan. Mensen begonnen heel veel te geven en het leek alsof de Heer het geld verdubbelde. We kregen het grote gebouw en hebben dat met weinig extra kosten kunnen kopen.”
Opwekking
Inmiddels is het gebouw, in Amsterdam-West een bekende plek onder Amsterdamse christenen. “Bijna iedereen weet waar de Maranathakerk staat.” Dit was het begin van een bijzondere tijd. Beschouwt Hofwijks het als een opwekking?
“Nee, ik heb veel over opwekking gelezen en ervoor gebeden, maar ik zie het als een herleving. Het was een diep verlangen van mensen, die veelal een nood hadden en God zochten voor een oplossing. Ze ontwikkelde hun gebedsleven, gingen naar bidstonden en wisten dat ze afhankelijk waren van God.”
“Ik heb de Heere gevraagd om te stoppen om mensen te sturen. Er was namelijk geen plaats meer voor die mensen. We moesten plekken gaan zoeken.”
Deze beweging ging erg snel. “In korte tijd kwamen heel veel mensen de kerk in, honderden mensen, in enkele maanden tijd. Ik heb drie keer zo’n golf mee mogen maken. Dat is echt ongelofelijk. Ik heb de Heere gevraagd om te stoppen om mensen te sturen. Er was namelijk geen plaats meer voor die mensen. We moesten plekken gaan zoeken.
Dat was heel storend. Ik weet niet of het een heel geestelijk gebed was om geen mensen te sturen, maar het was een gebed vanuit de nood. Je moet mensen kunnen opvangen, je kunt ze in de winter niet buiten laten staan.”
Toch spreekt hij niet van een opwekking. “Bij opwekkingen zie je het patroon in een hele stad. Mijn gebed is altijd dat kerken in de rest van de stad ook groeien en veel mensen krijgen. Dan is er sprake van een opwekking. Als er overal mensen tot herleving en vernieuwing komen. Niet alleen jouw ene kerk.”
Hofwijks ging in deze tijd ook meer van Amsterdam houden en het raakte hem als er negatief over de stad gesproken werd. “Ik moest mensen vaak corrigeren, want ook al is de zonde in Amsterdam openlijk, elders is het vaak verborgen.”
Sleutel
Een belangrijke sleutel die pastor Stanley altijd heeft gebruikt, is gebed. “Dat is altijd de eerste inzet. Bidstonden, daar gaat het om. Als je gaat bidden, komt de ziel van de mens tot verandering. Dat kan niet uit eigen kracht. Dat zie ik overigens ook bij collega-predikanten in de stad. Ze zien de kracht van gebed.”
“Ik verwacht dat er aan het eind van de zomer veel veranderd zal zijn. Ik weet niet waarom. Ik geloof dat alles weer zal zijn zoals het was. Het zal zelfs beter zijn.”
Corona
Deze tijd van corona is niet direct een positieve tijd geweest, vindt Hofwijks. Toch is hij hoopvol. “De trouw van de mensen vind ik bijzonder. Ze bleven de dienst online bekijken of waar mogelijk fysiek komen.”
“Ik geloof dat alles weer zal zijn zoals het was. Het zal zelfs beter zijn. De kerk gaat uitpuilen, geloof ik. Dat zie ik aan de berichten die we steeds binnenkrijgen. De vijand gaat een klap krijgen, daarom zijn we niet ongerust. Het christendom heeft het altijd overleefd! De poorten van de hel zullen de kerk niet kunnen overweldigen, dat geldt zeker voor deze tijd!”