Dera Klijzing groeide op in een islamitisch gezin in Almere en volgde de regels van de islam op. Ze bad af en toe mee met haar moeder en deed aan de ramadan. Maar de enorme liefde voor Jezus die ze bij haar christelijke tante zag, zette haar aan het denken. Ze ging naar Hem op zoek en dat leidde tot een indrukwekkende ontmoeting. “Die ontmoeting was zo bijzonder, de hele week erna voelde ik een enorme blijdschap.” Dera vertelt hoe dit – ondanks tegenstand van haar moeder – haar leven veranderde en ook haar vrijzette om puur voor God te leven.
Dera vertelt in wat voor familie ze opgroeide. “Het is een islamitisch gezin, niet per se heel streng. Mijn moeder was actief in haar geloof, mijn vader had het katholieke geloof achter zich gelaten. Hij had meer z’n eigen normen en waarden.”
Ze werd vrij streng op Indonesische wijze opgevoed. Dat botste soms met de Nederlandse manier van opgroeien. “Daardoor had ik vaak botsingen thuis. Mijn moeder zei me om dingen te doen, maar ze zei nooit waarom.” Daardoor voelde ze zich niet altijd geliefd en ook eenzaam thuis.
“Wanneer we daar kwamen, baden ze over ons en namen ons mee naar de kerk. Dat was wel wennen.”
Prestaties
“Het draaide bij ons thuis ook om prestaties. Mijn vader kon goed gitaarspelen en leerde ons dit. Mijn moeder verwachtte dat we het heel goed zouden leren en verwachtte van mij dat ik gitaar zou spelen als er visite was.”
Dera was altijd wat stilletjes in gezelschap. Maar er was één plek waar ze zich echt thuis voelde, dan was dat bij haar oom en tante. “Die zijn gelovig en houden heel veel van God. Wanneer we daar kwamen, baden ze over ons en namen ons mee naar de kerk. Dat was wel wennen, mijn tante zong uitbundig met haar handen omhoog. Daar voelde ik me ongemakkelijk bij. Maar ik vergat nooit de liefde die ze gaf aan mijn broertje en ik.”
Geheim
Ze vond het op de basisschool moeilijk om zichzelf te uiten. Dat werd versterkt doordat ze met een geheim rondliep, vertelt ze. “Vanaf groep vier kreeg ik ineens hele vieze gedachten van naakte mensen in mijn hoofd. Ik wist niet waar ze vandaan kwamen. Ze verschenen ook in mijn dromen. Daardoor raakte ik op die jonge leeftijd al verslaafd aan zelfbevrediging. Achteraf gezien zie ik hoe gemeen de tegenstander was om me als onschuldig kind hiermee te bombarderen.”
“Ik schaamde me ervoor en hield het voor mezelf. Uiteindelijk vond ik het toen ook niet onprettig en dus zag ik geen noodzaak om het te vertellen. Maar ik schaamde me wel, ik zat eraan vast. Het bracht me dieper in een crisis wie ik eigenlijk was en ik probeerde een soort ideaalbeeld van mezelf te zijn. Ik zag mijn identiteit in wat ik deed.”
Jezus
Dera bleef veel naar haar tante gaan met haar broertje. “We gingen steeds meer serieuze vragen aan hen stellen, soms duurden die gesprekken tot diep in de nacht. Op mijn veertiende dacht ik: ‘Wow, dit is eigenlijk wel de God die ik wil volgen. Ik was heel nieuwsgierig en besloot ook de Bijbel te lezen en preken te luisteren. Toen was de zoektocht begonnen en ging ik vaker mee naar diensten.”
“Toen bad ze voor me en dat werd een heel intens gebed. Sinds die dag voelde ik me zo vrolijk, het was alsof er een hele last van mijn schouders afviel.”
“Op een gegeven moment was ik bij een dienst, waarbij een vrouw vroeg of ik vervuld wilde worden met de Heilige Geest. Toen bad ze voor me en dat werd een heel intens gebed. Sinds die dag voelde ik me zo vrolijk, het was alsof er een hele last van mijn schouders afviel. Het was de eerste keer dat ik God zo persoonlijk mocht ervaren. Toen ben ik doorgegaan met God te zoeken en heb ik ook meer diepgang gekregen in mijn relatie met Hem.”
Droomde
Op haar zestiende nam haar tante haar mee naar gebedsdiensten in Almere en dat maakte dat ze God beter wilde leren kennen. Dat verlangen werd beantwoord door een hele bijzondere droom.
“Mijn neefje riep in die droom: ‘Hé, Dera, we moeten gaan, de boot vertrekt zo.’ Toen ging ik op de boot en daar stond Jezus achter het stuur. Dat was zo bijzonder. Hij bracht ons mee naar een eiland waar heel veel andere gelovigen waren. Toen eindigde het. Op dat moment wist ik: dit is Wie ik moet volgen.”
Ze wijdde zich volledig aan God toe en ontving bijzondere Bijbelgedeelten. “God gaf me Mattheus 10 vers 37 en Lukas 14. In beide gedeelten staat dat je meer van Jezus moet houden dan van je familie. Mijn hart ging er sneller van kloppen en ik voelde een drang: ik moet tegen mijn moeder gaan vertellen over mijn bekering.’”
“Ze was woedend dat ik geen moslim meer was. Meteen daarna ben ik ook bij mijn tante gaan wonen en dat hielp me enorm.”
“Mijn moeder pakte het niet zo goed op. De eerste keer lag ze al in bed en leek het erop dat ze het niet goed begreep. Maar de tweede keer werd ze er zo boos over, dat ik er bang van werd. Ze was woedend dat ik geen moslim meer was. Meteen daarna ben ik ook bij mijn tante gaan wonen en dat hielp me enorm.”
Verslaving
Haar verslaving aan zelfbevrediging was echter nog niet over. “Zelfs niet op het moment dat ik me liet dopen, zo’n zes jaar geleden. Ik was nog steeds verslaafd. Via via kwam ik in aanraking met een boodschap van Paul Washer, die de boodschap van het kruis zo duidelijk uitlegde en mij nog radicaler maakte. Toen overtuigde de Heilige Geest mij – na een jongerendienst – om het er met mijn tante over te hebben.”
“Ik vertelde mijn tante dat ik met zelfbevrediging worstelde en toen bad ze voor me en stuurde de perverse geest weg. Sinds dat moment veranderde alles. De geest van onreinheid had geen vat meer op mij, ik had het namelijk in het licht gebracht. Ik besefte dat Jezus betaald had voor mij en hoe groot de impact daarvan is. Vanaf dat moment was ik compleet vrij.”
Terugkijkend ziet Dera het als een aanval op haar leven, vooral omdat de gevoelens nooit waren aangewakkerd. “Mijn ouders waren best beschermend. Als er iets smerigs op tv voorbij kwam, dan gooiden ze een deken over mijn gezicht zodat ik het niet kon zien. Dat het op zevenjarige leeftijd al begon, is echt demonisch. Overigens heb ik nooit naar porno gekeken. Die gedachten in mijn hoofd stelden me tevreden.”
Islam
Als kind zei Dera altijd dat ze moslim was. Uit nieuwsgierigheid deed ze weleens mee wanneer haar moeder aan het bidden was en wanneer het ramadan was. “Mijn omgeving wist dat ik islamitisch was. Daarom was ik in de begintijd bang om voor Jezus uit te komen. Ik was bang dat mensen heel anders over mij zouden denken. Maar dat is nu veranderd.”
De relatie met haar moeder is ook aan het herstellen. “Ik besloot een aantal jaar geleden dat ik haar wilde vergeven. Toen begon het proces om te leren haar te vergeven. Dat maakte onze relatie wat vrijer en losser. Ze hoeft geen ‘sorry’ meer te zeggen. Ik kan nog steeds van haar houden. We spreken ook geregeld af of bellen elkaar. Dat gaat steeds beter.”
Jezus
Tot slot vertelt Dera hoe ze Jezus ziet. “Ach, Jezus is mijn állerbeste Vriend. Hij is degene die mij verlost heeft, hij is mijn Heer, Hij is de reden dat ik hier nog sta. Maar boven alles: Hij is gewoon zo mooi, zo liefdevol. Hij is de persoon die zo graag wil dat er verzoening komt tussen God en mensen, daarom gaf Hij zijn hele leven.”
“Hij heeft betaald voor ons allemaal. Ik ervaar ook zo’n diep verdriet bij Jezus over de zielen die Hem nog niet kenen.”
“Hij heeft betaald voor ons allemaal. Ik ervaar ook zo’n diep verdriet bij Jezus over de zielen die Hem nog niet kenen. Hij wil ze allemaal en Hij wil zich constant aan ons voorstellen.”
“Daarom delen we het evangelie graag met anderen, dat is Zijn hart. Soms evangeliseer ik op straat, maar ook vaak met mensen persoonlijk, één op één.”