“Ik had er geen idee van hoeveel christenen er met ons staan.” Zomaar een uitspraak van een Joodse vrouw die bij een van de bijeenkomsten was die Christenen voor Israël (CvI) recent in ons land organiseerde met de Israëlische spreker Hananya Naftali. Daar waren zowel christelijke als Joodse Nederlanders aanwezig. De uitspraak van de vrouw geeft iets aan over dat er ergens nog een kloof lijkt te zijn in christelijk Nederland tussen het Joodse volk een warm hart toedragen en deze steun ook daadwerkelijk laten blijken aan de Joodse gemeenschap zelf. We spraken hierover met Nathan Bouscher van het CIDI.
Waar er zeker christenen zijn die hun steun al op bijzondere manieren laten blijken, zouden we dit nog veel meer kunnen doen. Hoe belangrijk is het eigenlijk dat christenen Joodse landgenoten steunen en wat zijn manieren waarop dit zou kunnen? En hoe gaat het eigenlijk met hen in deze heftige tijd waarin in de maatschappij zo weinig ruimte lijkt te zijn voor hun verdriet en angst?
“De Joodse gemeenschap in Nederland voelt zich steeds onveiliger op straat en is angstig”, vertelt Bouscher, zelf deel van de Joodse gemeenschap. “Bij het CIDI krijgen we wekelijks meldingen binnen over antisemitische incidenten. Mensen worden soms zelfs aan de deur lastiggevallen. Ook in het nieuws zie je zaken voorbij komen, zoals de verstoring van het concert van Lenny Kuhr en de pro-Palestijnse demonstraties op universiteiten. Je voelt dat de bedreiging toeneemt. De Joodse gemeenschap trekt enorm aan de bel.”
Voor ons is het nog steeds 8 oktober.
In oktober vorig jaar nam het aantal meldingen van anti-Joodse discriminatie met ruim 800% explosief toe. “7 oktober was nog maar net gebeurd of veel mainstream media keerde zich al tegen Israël”, zegt Bouscher. Terwijl Joden zowel in Israël als wereldwijd het trauma van de gebeurtenissen op 7 oktober nog aan het verwerken waren, werd hun trauma niet alleen niet meer gezien, maar keerde een groot deel van de wereld zich ook nog eens tegen hen. Bouscher: “Veel Joodse mensen zeggen: ‘Voor ons is het nog steeds 8 oktober’. Voor ons is het nog steeds alsof het gisteren is gebeurd. We voelen ons aangevallen en verwond en hebben het nodig dat mensen een arm om ons heen slaan en samen met ons strijden om op te staan tegen onrecht.”
Manifestatie
Onder andere de manifestatie voor Israël op de Dam in Amsterdam op 12 oktober was daarom ontzettend bemoedigend, zegt hij. Deze werd door verschillende Israël-organisaties georganiseerd, waaronder Christenen voor Israël. “Dat christenen hier naartoe kwamen, was een enorme steun voor ons. De Joodse gemeenschap zelf is niet zo groot. Voor de Tweede Wereldoorlog bestond die uit ca. 140.000 mensen. Nu, 80 jaar na de oorlog, zijn we nog steeds maar met ongeveer een vijfde deel daarvan over (30.000-40.000 Joden).
Als we als Joodse Nederlanders dan alleen demonstreren, zijn we met zo weinig mensen dat het bijna een zielige vertoning is. Maar als anderen, zoals christenen, achter ons gaan staan, zijn we ineens met duizenden. Dat is wat er op 12 oktober en bij volgende manifestaties gebeurde. Toen waren we ineens met zoveel mensen dat de media het ook oppakte. Dat gaf ons echt een steun in de rug.”
Kaarten
“Ik snap wel dat niet iedereen mee kan doen aan een demonstratie of dat durft”, gaat Bouscher verder. “Maar ook vanuit huis kun je al dingen doen die impact hebben. Kom je in de media bijvoorbeeld onjuistheden tegen over Israël, stuur dan een brief of email, spreek de redactie erop aan. Als je als consument van het nieuws stil blijft, denkt de redactie namelijk dat ze het goed doen en zullen onjuistheden verkondigd blijven worden.”
Een andere, heel eenvoudige manier waarop christenen de Joodse gemeenschap kunnen steunen, is door een bemoedigende email of een kaartje aan een Joodse instelling te sturen. Bij de synagoge waar Bouscher bij betrokken is, komen zo regelmatig kaarten binnen sinds 7 oktober en dit doet de Joodse gemeenschap heel erg goed.
Zo’n mail en al die bemoedigende kaartjes zijn voor ons als die arm die om ons heen geslagen wordt.
Ook ontving het CIDI afgelopen week een bijzonder bemoedigende email van een 86-jarige man wiens ouders tijdens de Tweede Wereldoorlog in het verzet actief waren geweest en Joden onderdak hadden geboden. Hij bemoedigde de Joodse gemeenschap met de woorden: ‘Ik zou u dit ook willen meegeven, nu ik lees dat vele Joden bang zijn. En als je bang bent, toon het niet, laat het niet zien. (…) Wees geen slachtoffer!’ Bouscher: “Zo’n mail en al die bemoedigende kaartjes zijn voor ons als die arm die om ons heen geslagen wordt.”
Niet vanuit schuldgevoel, maar vanuit kracht
Een arm om de Joodse gemeenschap heen slaan, is misschien nog wel het minste wat we als christenen in deze tijd voor het Joodse volk kunnen doen. Want als je naar de kerkgeschiedenis kijkt, is er nog veel in te halen voor de kerk waar het gaat om het bijstaan van het Joodse volk. “Het is iets wat de Joden nooit zullen vergeten”, zegt Bouscher.
Je kunt van het verleden leren en de verantwoordelijkheid op je nemen om het nu anders te doen.
Maar hoewel die zwarte bladzijden uit de kerkgeschiedenis een reden zijn waarom veel Joden nog steeds sceptisch tegenover christenen staan, voegt Bouscher eraan toe dat hij ook ziet dat er echt door christenen van geleerd is en wordt. Hij benadrukt dan ook om, als christenen in deze tijd het Joodse volk willen steunen, dat niet vanuit een schuldgevoel te doen, maar juist vanuit kracht. “Je kunt van het verleden leren en de verantwoordelijkheid op je nemen om het nu anders te doen. Dan ga je in je kracht staan”, zegt hij.
Dit is ook wat tijdens de Tweede Wereldoorlog de christelijke familie deed die besloot Bouscher’s opa destijds bij hen te laten onderduiken, waardoor die de oorlog overleefde. De impact die dit op hem had, was dat hij jaren later tegen zijn kleinzoons zei: ‘De christenen voor Israël, dat zijn de trouwe vrienden van het Joodse volk. Zij hebben ons leven gered.’
Mag dit een voorbeeld zijn voor onze generatie.
Wil jij ook de Joodse gemeenschap bemoedigen door een email of kaartje? Mail dan bijvoorbeeld het CIDI. Laten we hen een hart onder de riem steken en meegeven dat het Joodse volk niet alleen staat.