Op een dag had ik onze jongste zoon naar een jeugdavond gebracht in Amsterdam. Ontspannen zat ik de Bijbel te lezen in de auto. Iemand had gevraagd of ik op hun bruiloft kort iets uit het Woord wilde delen, en erna zou danken. Ik hou ervan om dit te doen.
Ik was een beetje aan het kletsen met de Heer, alsof Hij naast me in de auto zat. Gewoon vriendschappelijk. Toen hoorde ik hoe een auto achter mijn auto stopte. Er stapte een stel luidruchtige mannen uit.
Onwillekeurig drukte ik op het ‘slot’-knopje, omdat ik me een beetje onbehaaglijk voelde. Het was een rustig straatje naast het water en ik zat daar tenslotte alleen.
En toen de rustige zachte stem… ‘Vertel ze over Mij!’ ‘Eh, Heer, ik zit hier alleen en het zijn drie mannen.’ Allerlei gedachten werden er op me afgevuurd. ‘Jij bent niet alleen!’ Het antwoord van de Heer kwam direct op mijn tegenwerping. ‘Jij bent niet alleen!’
Wat Hij heeft gezegd: Ik zal u geenszins begeven, Ik zal u geenszins verlaten. Daarom kunnen wij met vertrouwen zeggen: De Here is mij een helper, ik zal niet vrezen; wat zou een mens mij doen? (Hebreeën 13:5-6)
‘Oké Heer, Ik ga.’ En stapte wat onzeker de auto uit. Achter de auto stonden drie mannen. Eén met een capuchon op zijn hoofd, die vooral naar de grond staarde. Eén met een trainingspak aan, goud in zijn mond en om zijn nek gekleurde plaatjes, overal waar huid te zien was. En een die wat neutraal was. Niets opvallends aan te zien, zeg maar.
‘Mannen, heeft iemand jullie weleens verteld dat God van jullie houdt en een geweldig plan heeft voor jullie leven?’ startte ik het gesprek. De man met de capuchon ging de grond nog beter bestuderen en sprak geen woord. De man die er het meest neutraal uitzag, zei: ‘Je moet hem hebben, hij wil dit wel. Hij is hier al langer naar op zoek. Zelf ben ik moslim en wil ik het niet, maar hij wel.’ En wees naar zijn met goud behangen vriend.
De vriend grijnsde me aan en zei: ‘Ja, mevrouw, ik wil dat weten.’ Ik begon het evangelie aan hem uit te leggen. Hij werd zo enorm blij. En bad het gebed met mij mee.
Lieve Heere Jezus, kom in mijn hart,
Vergeef u mijn zonden, was en reinig mij en maak mij vrij.
En zo verder.
‘Wauw mevrouw, dit had ik echt nodig!’
Ik vertelde hem dat hij nu nooit meer alleen zou zijn. Dat het belangrijk was om met de Heer een relatie te bouwen door tijd met Hem door te brengen, zodat Hij God beter kon leren kennen. En ik vertelde hem dat God altijd via Zijn woord en Geest tot ons spreekt. Ook haalde ik een Bijbel voor hem uit mijn auto.
Deze man zou nooit meer dezelfde zijn.
Halleluja.
De HEERE is allen nabij die Hem aanroepen, allen die Hem in waarheid aanroepen. Hij vervult het verlangen van wie Hem vrezen, Hij hoort hun hulpgeroep en verlost hen. (Psalm 145:18-19)
Annelies van Walsem