Carla van Laar* en haar gezin zijn twee maanden geleden begonnen om in het geheim huissamenkomsten te organiseren. Dit vindt plaats op de Veluwe. Sindsdien loopt het storm en komen er op een zondag al zo’n veertig mensen. “We hebben al een handvol mensen gedoopt.” In dit artikel vertelt ze over de huiskerk-herleving in Nederland, blijven samenkomen, en het cruciale belang van discipelschap.
Het gezin Van Laar bestaat uit een vader en moeder, twee kinderen en nog acht pleegkinderen. Ze zijn in augustus in een groot huis op de Veluwe gaan wonen om met hun kinderen genoeg ruimte te hebben. Daar sloten ze zich ook aan bij een kerk, maar die ging dicht toen de overheid kwam met een nieuwe lockdown.
“Voor ons is een livestream bekijken geen optie. Dat zien we niet als een samenkomst. Samenkomen is dat je als broeders en zuster samen bent en de Heilige Geest ziet bewegen en daarop kan inspelen. Daar hoort zoveel meer bij dan het luisteren naar een preek.”
De familie is toen via Facebook in contact gekomen met een ander stel uit de buurt, die er wel oren naar had om samen een huissamenkomst te gaan beginnen. “We zeiden dat we terug willen naar Handelingen; samen eten, samen het leven delen, God zien bewegen, aanbidden, God grootmaken. En dat in een simpele vorm.”
“we willen ons richten op de basis. Bekering, genezing, waterdoop, en de vervulling met de Heilige Geest. Dat is waar het om draait.”
“Uiteindelijk zijn we twee maanden geleden begonnen. Het is voor ons het allerbelangrijkst dat we niet kerkje gaan spelen of een programma gaan afdraaien. Nee, we willen ons richten op de basis. Bekering, genezing, waterdoop, en de vervulling met de Heilige Geest. Dat is waar het om draait. We zien mensen genezen en bevrijd worden en in de afgelopen twee weken mochten we drie mensen dopen, onder wie onze eigen zoon met zijn vriendin.”
Ze vertelt dat er ook mensen genezen zijn, onder wie twee mensen die na gebed geen dyslexie meer hebben.
Nieuwe mensen
Elke week is er wel iemand die een nieuw persoon uitnodigt, waardoor de dienst vaak weer bij de basis van wat leerling zijn is uitkomt. “Dan beginnen we met altijd het evangelie goed uit te leggen. Wat is het evangelie? Het is niet het belangrijkste of mensen geloven, maar of ze een discipel willen worden. Een discipel maakt weer andere discipelen.”
Ze zijn acht weken geleden begonnen en inmiddels zijn er ruim veertig mensen. “Dat is echt bizar. We hebben helemaal geen bijzondere ‘show’, er is eigenlijk ook niets speciaals, maar we hebben wel contact met elkaar en met God. We gaan echt terug naar de basis. Daarbij gaan we ook de straat op om mensen over Jezus te vertellen.”
De diensten beginnen om 15.00 uur met eerst koffie en cake en daarbij alle ruimte om de nieuwe mensen te leren kennen. Vaak loopt dat al snel over in de dienst. “Dat gaat meestal heel simpel, want die mensen zijn hongerig en gaan vragen stellen. Ze zeggen: ‘Ik ben hier omdat ik zoveel vragen heb.’ Dan vult de een de ander aan, worden er getuigenissen gedeeld en zo’n persoon geeft in veel gevallen aan het einde van de avond zijn leven aan Jezus. Ze worden vaak direct gevuld met de Heilige Geest.”
“Ze zeggen: ‘Ik ben hier omdat ik zoveel vragen heb.’ Dan vult de een de ander aan, worden er getuigenissen gedeeld en zo’n persoon geeft in veel gevallen aan het einde van de avond zijn leven aan Jezus.”
De samenkomsten zijn zoveel mogelijk besloten en in het geheim voor mensen die langslopen. “Daarom doen we ook de gordijnen dicht. We kunnen dit niet in het openbaar doen, omdat mensen anders de politie gaan bellen. In die zin kun je onze bijeenkomst ondergronds noemen, we hebben geen toestemming om ‘voluit’ te gaan.”
Achtergrond
“Veel van de mensen die komen hebben wel een christelijke achtergrond, maar weten niet hoe je gered moet worden. Het evangelie is hen vaak niet duidelijk uitgelegd. Veel van hen zijn ook niet meer gewend om naar de kerk te gaan. Ze hebben geen relatie met God.”
Juist daar is het type samenkomst zoals plaatsvindt bij Carla zo effectief voor, zegt ze. “Het is namelijk belangrijk om een discipel te zijn en te doen wat Jezus deed. Als je dat doet, dan komt er vrucht. Ik ben zelf in een heel klein kerkje tot bekering gekomen. We waren met z’n dertigen, maar we waren heel enthousiast en echt discipelen die uitreikten naar mensen die Jezus nog niet kenden.”
Toch veranderde dit. “De kerk ging toen groeien en we kregen de neiging om het steeds professioneler aan te pakken, met strakke worship, een mooi gebouw, een rookmachine en mooie lichten. Dat is natuurlijk niet fout, maar we gingen wel weg van de essentie. Wat die essentie is: predikt het evangelie, maak discipelen, genees de zieken, doop hen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest en leer hen te onderhouden wat Jezus bevolen heeft. Als je dat doet, dan ben je een discipel.”
“De kerk ging toen groeien en we kregen de neiging om het steeds professioneler aan te pakken, met strakke worship, een mooi gebouw, een rookmachine en mooie lichten.”
“In mijn eerste gemeente hielden we ons daar mee bezig. We aten samen, zetten onze huizen open, zagen mensen tot bekering komen. Dit smaakte zo goed en lekker. Toen we daar langzaam minder mee deden, zochten we er vaak naar: wat was dat nou in die goeie ouwe tijd dat zo mooi was? Nu weten we het weer: we deden wat Jezus deed, zonder poespas.”
Speciale gaven
Carla vertelt wat haar boodschap is aan mensen die zich te nietsbetekenend voelen voor ‘de werken van Jezus’. “Ik denk dat voor alle dingen die wij hier doen, dat daar geen gave voor nodig is. Je moet gewoon gaan wandelen in de volheid die je al ontvangen hebt in Christus. Daar is geen speciale gave voor nodig. Ik geloof wel dat een gave in je leven kan groeien, maar dat is meer iets waar je veel in geoefend hebt. Ik bid veel voor zieken en ik heb wonderen gezien. Daardoor is mijn geloof hiervoor gegroeid.”
Overigens ziet ze dit oefenen niet als een optie, maar als noodzaak. Ze geeft een voorbeeld. “Toen ik de verpleging in ging, kon ik ook geen infuus aanleggen. Dat was prima, ik moest het leren. Maar als ik na drie jaar nog geen infuus inzet, dan zegt mijn werkgever: ‘Bekijk het maar, ga het maar doen.’ Je leert het door het te doen.”
“Ik vraag nooit aan mensen of ze willen geloven in God. De duivel gelooft namelijk ook in God. Ik vraag mensen of ze een discipel willen worden.”
“Ik vraag nooit aan mensen of ze willen geloven in God. De duivel gelooft namelijk ook in God. Ik vraag mensen of ze een discipel willen worden. Pas als ze dat willen, zijn ze klaar om Jezus aan te nemen en gedoopt te worden.”
Op die manier komen er van allerlei mensen het huis van Carla en haar man binnen. Mensen nemen hun getrouwde kinderen mee, of een buurvrouw, of vriendinnen. Het gaat van mond tot mond.
Wat God in dit huis doet, ziet Carla op grote schaal in Nederland plaatsvinden. Ze kent veel mensen in Nederland die hun huis openzetten en getuige zijn van krachtige bewegingen van God. “Als initiatiefnemers bemoedigen we elkaar ook om juist in deze tijd krachtig door te gaan.”
*De echte naam van deze familie is bekend bij de redactie van revive.nl