Henk-Jan Leijendekker was vijf jaar lang lid van een naburige christengemeente, maar tijdens de coronacrisis kreeg hij een sterke roeping om in zijn eigen woonboerderij met een achterhuis een gemeente te starten. “We zien veel jonge mensen die de Heere Jezus aannemen. Er is iets gaande.”
“We zijn toen met ons gezin en nog een paar gezinnnen wekelijkse samenkomsten gestart. Maar na drie zondagen zaten we al met vijftig mensen. Ik vroeg aan God: ‘Wat moet ik met die mensen hier?’ Maar tegelijkertijd besefte ik: God is hier iets aan het starten.” De gemeente heet christengemeente Altena, waar elke zondag en donderdag een dienst is.
“We zien mensen geestelijk groeien, jongelui die vrij komen van de drugs. Het is heel mooi. We houden inmiddels ook grotere openluchtdiensten, die er speciaal op gericht zijn om grotere groepen te bereiken.”
Persoonlijke nood
De openluchtsamenkomsten zijn voortgekomen uit een persoonlijke nood, vertelt Henk Jan. “Ik liep met mijn vrouw langs de rivier de Alm, in onze buurt. Toen zei ik: ‘Ik voel me als een visser die af en toe een vis vangt, maar ik heb gewoon een net nodig.’ Ze zei; misschien moet het net aan de andere kant. Die uitspraak heeft mij niet meer losgelaten.
“Soms kunnen we beperkt denken over kerkgang. Dan denk je: ‘Ik moet hier de rest van mijn leven blijven.’ Terwijl God soms een andere weg gaat, Hij is veel creatiever. We kunnen Hem niet in een box stoppen.”
Samen eten
Hoewel ondernemers vaak flexibel en creatief zijn, leidt Henk Jan de kerk niet als een typische ondernemer. “Je kunt inderdaad een strak-georganiseerde gemeente uit de grond stampen, Maar bij ons is het tegendeel waar.
“We zingen uit de Opwekkingsbundel en uit Johannes de Heer. Het woord staat daarbij centraal. Na elke dienst gaan we met elkaar eten. Vaak zijn we rond half 1 klaar met de dienst, maar de laatste gaat meestal om 15.00 uur naar huis.”
“Het is voor mij ondenkbaar dat we niet samen eten na de dienst. De uren na de dienst zijn zo waardevol. Soms zijn er goede gesprekken, of bidden mensen met elkaar. Het is een kans om elkaar beter te leren kennen. Je dient elkaar in liefde en verdraagzaamheid. Als ik het zo zie, dan denk ik vaak: zo deden ze het ook in de tijd van Handelingen.”
Er zijn ook gebedsdiensten. Als er een openluchtdienst is, dan bidden we de hele week elke ochtend van zes uur tot zeven.
Dominee vs de lekenprediker
Toch is de wijze van kerkzijn wel een hele andere dan hoe het traditioneel gedaan wordt in de Nederlandse kerken, waar predikanten een gedegen opleiding hebben genoten. Hoe kijkt Henk Jan daar naar? “Het is prima als iemand theologie studeert en vanuit daar Bijbels onderwijs kan geven. Daar is ook behoefte aan.”
“Maar ik geloof dat de tijd begint te korten, ook in de kerk. Mensen missen de vreugde, omdat ze het leven door de Geest vaak niet kennen. Daarom houd ik van een eenvoudige boodschap: ‘Jezus Christus en dien gekruisigd.’ Diep onderwijs is goed, maar als de mensen het niet snappen, dan is dat niet goed.
“Het geheimenis in Christus is voor wijzen en verstandigen verborgen gehouden, maar voor de eenvoudigen is het geopenbaard. Ik zie op die eenvoud veel vrucht. Mensen proeven de geestelijk atmosfeer en willen Jezus leren kennen. Dat is wat we doen.”