Rafael was voorganger op Curaçao, maar het leiden van de gemeente ging niet zoals hij had gedacht. Teleurgesteld belandde hij uiteindelijk weer in Nederland. Bij Xpedition Glory deelt hij zijn worstelingen met gevoelens van mislukking, maar ook hoe God hem weer oprichtte.
Rafael: “Toen ik 17 was, ben ik voor het eerst in aanraking gekomen met het evangelie en tot de dag van vandaag ben ik daar dankbaar voor. Ik ben geestelijk opgegroeid in een gemeente waar heel veel activiteiten waren voor jongeren en opwekkingsdiensten. Ik had altijd zo’n verlangen om God in de diepte te leren kennen, maar vanwege programma’s en van alles en nog wat te doen, miste ik eigenlijk die diepgang.
In 2012 zijn wij teruggegaan naar Curaçao en daar zijn we met een gemeente begonnen. In die periode was het voor het eerst in mijn leven dat ik echt wist: ik heb God nodig. Ik maakte meer tijd om bijvoorbeeld te gaan bidden. Ik zette alles aan de kant en ging Jezus Christus zoeken. Zoals het Woord van God zegt: ‘Nader tot God en Hij zal tot jou naderen’. Zo heb ik het voor honderd procent ervaren.”
Mislukking
“Gods plannen zijn veel groter dan wij kunnen denken. Zijn wegen zijn niet onze wegen. Wat ik graag wilde, ik had graag de kerk op Curaçao groter zien worden, dat ik me kon aarden en kon blijven. Maar ergens in mijn leven voelde ik me niet meer gelukkig.
Met spijt in ons hart hebben we ervoor gekozen om terug te komen in Nederland. Ik bleef een lange tijd lopen met het gevoel: je bent een mislukkeling, kijk naar anderen, bij hen lukt het wel en bij jou niet.
Ik weet nog een keer dat ik op mijn kamer op mijn knieën huilde en vroeg: ‘God, waarom?’ Je hebt een roeping op je leven, mensen hebben geprofeteerd… Ik heb zelfs een visioen gehad dat ik daar stond te preken en Gods Woord bracht. Ik ben gegaan in de hoop dat het iets zou worden. Het is niets geworden, dus ik voelde me een mislukkeling.”
Genade
“Op dat moment liet God me iets zien. Hij zei: ‘Zolang het zaad niet in de grond valt en sterft, zal het niet verder kunnen groeien’. Dus ik ging terugkijken in mijn eigen leven en ik zag inderdaad dat er nog dingen in mijn leven waren.
Ik botste op tegen trotsheid; mezelf beter voelen vergeleken met een ander. Ik dacht het altijd beter te weten. Het waren allemaal dingen die mij blokkeerden. Beetje bij beetje liet God mij dit zien in mijn leven. Het was niet zo dat Hij mij veroordeelde.
Dat is het mooie ervan: als God je iets laat zien, is het niet in om je te veroordelen. Dat is wat de vijand wil. Satan wil dat je je zo klein voelt, dat je zegt: ‘Oké, het is mislukt, ik sta niet meer op. God, zoek het maar uit’. Jezus zegt juist: ‘Benader Mijn troon van genade, kom tot Mij en Ik zal jou helpen’.”
Bekijk hieronder verder hoe Jezus Rafael hielp: